Het allerkutste van de hele wereld is afgelopen zaterdag gebeurd.
En nee het allerkutste ter wereld is niet zoals Daniël Arends zegt eten bij een ander stel of een stukje chips dat rechtop in je gehemelte wordt geschoten. Óf nog erger, dat zelfgenoegzame kut moment waarbij Wendy van Dijk als Ushi die pruik van haar hoofd trekt, dat gebit uit doet en die nietsvermoedende Amerikaanse celebrity vervolgens zoiets heeft van: ‘Oh! Dus je bent dat andere wijf dat ik óók helemaal niet ken!’.
Nee, het allerkutste van de hele wereld voor mij is het missen van een van de betere dagen surf van afgelopen weken. En ja dat klinkt vet overdreven en dat is het misschien ook wel want ik ben alles behalve Yannick de Jager, Dominga Valdes, Robin Kersbergen of Kaspar Hamminga. Desalniettemin is er niks erger dan het horen van de ouwe klassieker. De klassieker genaamd: ‘You should’ve been here yesterday!’. En dat heb ik zondag gehoord en vaak ook…
Ohja, toen Tim Padmos dit ook nog eens een paar dagen later dropte brak mijn klomp al helemaal. Prima edit trouwens. Lekker gewerkt, pik!
Zeiken
Nu heb ik de afgelopen weken weer meer kunnen surfen dan de maanden ervoor. Afstuderen was nou niet echt relaxed met als resultaat maanden uit de running zijn. Wat dat betreft heb ik nu dus niks te klagen.
Ik heb leuke sessies gesurft met relaxte mensen. Ik heb progressie kunnen maken op mijn nieuwe longboard en heb zelfs iemand haar Noordzee ontmaagding kunnen geven. En dat bedoel ik niet zoals jij het nu leest. Nee. Gewoon de eerste keer surfen in de Noordzee. En dat blijft magisch. Zeker bij zonsondergang.
Zeker omdat er ook iemand anders was die zijn Noordzee ontmaagding kreeg. Namelijk een kleine grom van een jaar of zes die voor het eerst met papa het water op ging. Mega stoked zat hij met zijn boogey board vlakbij mijn auto te wachten tot papa met zijn klassiekblauwe softtop aan kwam kakken.
‘Heb je er een beetje zin in?’, vroeg ik terwijl ik met mijn Theory of mind mij compleet in hem kon verplaatsten.
Met de grootste glimlach en een beetje gezonde spanning antwoordde hij volmondig ja.
‘Mooi, dan pakken we straks samen een golfje, goed?’.
‘Oké!’, zei hij nog steeds breed glimlachend.
Toen hij het boogey boarden wel had gezien wisselde hij het boardje in voor de softtop van pap. Hij ging liggen en peddelen, papa gaf hem een extra zetje. Hij ging echt als de malle! Hij pakte echt elke golf. In poephouding, armen wijd. Helemaal naar het strand. Iedere keer weer. Vanaf de eerste keer.
Zijn hoofd sprak boekdelen.
De mijne ook.
Een kniehoge partywave.
Relativeren
En dat is denk ik wat surfen voor mij zo mooi maakt. Dat zijn de herinneringen waar ik aan probeer te denken als ik met mijn chagrijnige harses een van de beste dagen van de afgelopen tijd heb gemist. Dat en door te kijken naar dikke edits van hoe onze Hollandsche surf ook kan zijn.
Dat maakt het marginale van een goede sessie missen nog minder erg dan dat het eigenlijk is.
Ik mag blij zijn dat dit voor mij het allerkutste van de hele wereld is.
Reacties